­

Bondcoach Lammerts: 'Anna is een uitzonderlijk talent'

avdb

Haar vierde plaats op het wereldkampioenschap in Florence was voor Anna van der Breggen de afsluiting van een succesvol wielerseizoen en van een periode van 2 jaar bij het Belgische Sengers Ladies Cyclingteam. De Hasseltse is toe aan nieuwe stap in haar wielercarrière.

Toen van der Breggen twee jaar geleden tekende bij het het Belgische team was er minimale belangstelling voor de toenmalige nummer 393 van de wereld, die het grootste deel van het seizoen in Ghana was geweest om haar studie af te ronden. Alleen de bondcoach Johan Lammerts hield vol dat ze een uitzonderlijk talent was en had haar nog steeds niet (tot verbazing van velen) uit de Nationale Selectie gezet.

In het seizoen 2012 zette van der Breggen haar studie op de tweede plaats en concentreerde zich volledig op het wielrennen. Het resultaat was er ook naar, ze begon top 10 plaatsen in grote wedstrijden te behalen en werd in juli zelfs Europees kampioen tijdrijden.

Ze kon dat seizoen profiteren van het feit dat ze relatief onbekend was. Deze onbekendheid gaf Van der Breggen de mogelijkheid om mee te sluipen in een kopgroep tijdens het WK in Valkenburg - niemand zag haar als groot gevaar - en met deze kopgroep de springplank te vormen voor Marianne Vos die wereldkampioene werd. Van der Breggen werd vijfde op dit WK en stond aan het eind van het seizoen 15-de op de UCI wereldranglijst.

Ondanks dat er aanbiedingen van veel vrouwenploegen waren bleef Van der Breggen het Sengers LCT trouw, maar anders dan het jaar ervoor startte ze als onbetwiste kopvrouw van dit team. Samen met het team besloot ze zich meer als in seizoen 2012 te richten op de grote wedstrijden, waaronder de wereldbekerwedstrijden.

In vrijwel alle wedstrijden reed ze top 10, maar zelden haalde ze het podium. De redenen hiervoor zijn dat Anna een matige sprint heeft en dat haar ploeg, hoewel veel sterker als in 2012, niet sterk genoeg was om in de finale haar nog te kunnen helpen, de laatste kilometers moest ze alles alleen doen in een kopgroep waar andere teams vaak twee of meer rensters mee hadden.

De doelen die ze zichzelf gesteld had waren een goede klassering in de wereldbeker, een goede klassering bij het NK en haar bijdrage leveren aan een wereldtitel op de weg voor Nederland in Florence. Het eerste doel werd behaald, een vierde plaats. Het tweede doel liep mis door een ziekte vlak voor het NK in Kerkrade, Anna moest voortijdig afstappen, omdat ze onvoldoende herteld was.

Door het mislukte NK werd de druk tijdens het WK alleen maar groter. Anders dan in 2012 ging ze als schaduwkopvrouw achter Marianne Vos van start en nu was er geen onbekendheid meer, Anna’s woorden: "Als ik nu mijn kont oplicht van het zadel reageert het hele peloton." Toch leek het scenario veel op 2012, samen met Vos in de kopgroep en Vos wint de titel. Anders dan vorig jaar had Van der Breggen nu het idee dat haar vierde plaats beter had kunnen zijn, vooral ook omdat ze een probleem had met haar fiets waardoor ie niet goed schakelde. Van der Breggen eindigt dit seizoen op een vijfde plaats op de UCI wereldranglijst.

Volgend seizoen rijdt van der Breggen niet meer voor het Sengers LCT, maar gaat over naar het RABObank team van Marianne Vos.

Ze verwacht hier naast een professionele begeleiding ook wat meer steun in de wedstrijden te hebben van haar team en een wat evenwichtiger programma te kunnen rijden, niet altijd als kopvrouw en ook eens rust kunnen nemen. Afgelopen seizoen moest ze, doordat het team klein was en er geen reserve kopvrouw was, vrijwel alle wedstrijden rijden, met als gevolg dat Anna het meeste wedstrijdkilometers in internationale wedstrijden heeft gemaakt van alle rensters in de wereld, namelijk 6.858 km.

Het SengersLCT steunde de afgelopen twee jaar zo zeer op Van der Breggen dat men besloten heeft het team niet opnieuw op te bouwen, maar te stoppen als team.

­